#hetlandaandeoverkant 1

(c) Francis Alÿs

Geleerd uit een RTBF-documentaire over een proefproject met gratis heroïne in Luik:

Wallonië is een warmer land. Waar junks Dostojevski lezen.
En men mensen in hun waarde laat.

Ik denk niet dat er een wezenlijk verschil tussen de sociale klasse of achtergrond van druggebruikers in de twee landsdelen, maar er was wel een opvallend verschil in welbespraaktheid tussen de gemiddelde gestamelde Vlaamse getuigenissen in vergelijkbare human interest reportages en de eloquentie die de Waalse verslaafden aan de dag legden. 

Je zou kunnen aanvoeren dat Walen, omdat ze dichter staan bij de franstalige literaire traditie, per definitie welbespraakter zijn dan Vlamingen, maar ten eerste weet ik niet of dat cijfermatig waar is, ten tweede ben ik er zeker van dat zo’n uitspraak voor communautaire ambras gaat zorgen, en ten derde denk ik dat er een ander, makkelijker aan te tonen oorzakelijk verband is: de vraagstelling.

Stel je voor: een verslaafde komt zijn gratis shot halen, en moet even wachten. Hij zit, enigszins nerveus, in de wachtkamer in een boekske te bladeren.
Wat vraagt de interviewer hem? Niet of hij stilaan zot wordt zonder drugs, maar wel: ‘wat lees je normaalgezien?’ Waarop de man zonder aarzelen antwoordt dat hij gek is op Dostojevski, wiens werk hij in de cel integraal gelezen heeft, maar ook erg genoten heeft van de autobiografie van François-René de Chateaubriand. Dit gesprek ontspint zich zonder enige vorm van ironie of cynisme, de interviewer toont zich zelfs niet verbaasd. Zelden gezien, op de Vlaamse tv. En als zo’n gesprek al zou plaatsvinden, zou het fragment in montage wellicht weggeknipt worden, want daar gaat het toch niet over? Of wel?

Precies door dit soort gesprekken wel een plaats te geven in een reportage over gratis heroïne-verstrekking, slaagt de reportagemaker erin de verslaafden weer op te waarderen tot individuen. Omdat hij met hun praat alsof ze mensen zijn, en niet mensen-met-een-probleem, of problemen tout court. Wat niet wil zeggen dat er geen heikele vragen gesteld worden; hij polst bij iedereen naar hun inkomen, de oorzaken en de gevolgen van hun verslaving, de criminaliteit die ermee samenhangt. Maar het is nooit een rechtstreekse aanval. ‘Dus je wordt vader? Van een zoontje of een dochter? En heb je al een naam?’ Geen moreel oordeel, geen vragen in de stijl van ‘Jij? Vader? In jouw situatie? Vind jij het verantwoord dat een junk een kind opvoedt?’   

Vreemd genoeg komt de aanstaande jonge vader even later zelf met die bedenkingen aandragen. Dat zijn aanstaande vaderschap de hoofdreden is dat hij wil kappen met drugs. Want dat hij niet wil dat zijn kind in dezelfde val trapt als hij. Tiens. Misschien gaan mensen beter praten als ze ernstig genomen worden. Misschien gaan ze zelfs nadenken. Helemaal zelfstandig. Als ze niet meteen in een hoek gedreven worden. Dat zou nog eens wat zijn.

Opvallend veel herkenbaar gefilmde mensen ook, in deze reportage. Geen blokjes, geen balkjes, geen halfslachtige blurs. Gewoon mensen met een gezicht. En een verhaal. Ze hebben wellicht ook iets minder te vrezen, daar in de warme Walen, als iemand hen straks op straat herkent als een van-staatswege-gesubsidieërd-druggebruiker. Want zoals een winkelierster, nochtans uit één van de probleemwijken waar de overlast het grootst is, het verwoordt: ‘we mogen hen vooral niet laten vallen. We moeten hen blijven begeleiden, wat moet er anders van hen worden? Het kan tenslotte iedereen overkomen.’ En dat in een stad waar bijna 1% van de inwoners harddruggebruiker is, en de overlast aanzienlijk op de stad weegt.

Dat soort ouderwetse solidariteit, dat idee van inclusieve samenleving, dat besef dat de zwakkeren niet altijd les autres zijn, dat vind je niet veel meer, hier in Vlaanderen. Al zal dat volgens sommigen niet aan een lagere verzuringsgraad liggen, maar vooral aan het feit dat alle Walen eigenlijk profiteurs zijn en de pot bijgevolg de ketel niet kan verwijten. Maar toch. Ik vind het toch opmerkelijk, hoe de verzuring afneemt aan de taalgrens. En ik onthoud: Wallonië is een warmer land. Waar druggebruikers Dostojevski lezen. En men mensen in hun waarde laat.

Terzijde:
de gestolen foto van de dag is van Francis Alÿs, een bijzondere Belgische kunstenaar die tegenwoordig in Mexico woont. Het beeld komt uit de reeks Narcoturismo, waarvoor hij ooit op zeven dagen zeven soorten drugs testte, vervolgens een wandeling maakte en hun effect op zijn zintuiglijke ervaringen beschreef.