wat we kennen, is een kwestie van geluk

21/09/2020, CC Sint-Niklaas — Met z’n vieren waren ze. Vier slungelachtige jongens, een al streetwise cool, trainingsbroeken en spierballen. De kleine man met de te grote pens in het te krappe Harley Davidson T-shirt kwam van de andere kant, zijn volledig getatoeëerde armen even breed als de teckel die naast hem draafde. Als in een ouderwetse western liepen ze op elkaar af. Om dan, tegelijkertijd, te blijven staan. En simultaan hun hoofden in dezelfde richting te draaien. Te gaan zitten. En te luisteren. Naar het Spectra Ensemble dat, door het corona-virus uit de concertzaal gejaagd, in open lucht Die Schöne Müllerin van Daan Janssens speelde. Geen van deze toevallige toehoorders had ooit eerder hedendaags klassiek gehoord, dat weet ik zeker. Geen van hen zou er ooit uit eigen beweging heengaan. Maar alle vijf waren ze volkomen gefascineerd door wat ze hoorden. En bleven ze zitten. Voor de rest van het concert.
Wat we kennen, is een kwestie van geluk. Een cadeau. Iets dat we meekrijgen van thuis of leren kennen op school. En, ook al geven we dat niet graag toe, sommigen van ons hebben meer geluk dan anderen — dat heeft de corona-crisis pijnlijk duidelijk gemaakt. Kinderen van hoger opgeleide ouders hadden het merkelijk makkelijker met afstandsonderwijs dan de pechvogels die een of geen laptop met hun drie broertjes moesten delen en geen extra woordje uitleg kregen van ma of pa.
Voor cultuur geldt net hetzelfde. Wie het geluk had ermee op te groeien, kan, in lastige tijden als deze, troost en hoop vinden in die schoonheid. Zelfs als alle theaters en concertzalen sluiten, en vrijwel alles (onterecht) gecanceld wordt. Want als ik mijn ogen sluit, kan ik altijd nog de voorstellingen herbekijken die ooit zag. Uren staren naar de schilderijen waar ik ooit voor zat. Lachen of huilen als ik terugdenk aan de dansbewegingen van Peeping Tom. Zoals ik me als kind kon terugtrekken in de boeken die ik las: een tweede wereld waarin ik kon wonen als de echte even tegenviel.
Wie dat geluk niet had, heeft die vluchtweg niet. En moet het stellen met wat er is. Dat is, zeker dezer dagen, niet makkelijk. Want steeds meer voorstellingen spelen zich vooral in onze verbeelding af: in de tijd tussen het kopen van het ticket, het verlangen naar wat komen zal, en het bericht dat het is afgelast. Laat ons hopen dat het najaar anders wordt. En we weer echt iets kunnen zien. Ons reservoir weer kunnen vullen, met nieuwe schoonheid. Frisse ideeën. Onverwachte geluiden. In dat geval beveel ik u van harte aan eens te gaan kijken naar iets waar u nooit spontaan naartoe zou gaan. Iets onbekends. En daardoor onbeminds. Wie weet hoe gelukkig het u maakt.
En als het tegenslaat, hoop ik dat u de luxe heeft u iets te kunnen herinneren. Iets dat u ooit gezien hebt en dat u is bijgebleven. Maar wees er u wel van bewust dat dat een voorrecht is. Een kwestie van geluk. Dat u dat kan. Omdat u toevallig op het juiste moment geboren bent. Op de juiste plek en in een goed nest. En daardoor gelukkig.
Daarover gaat de nieuwe lecture-performance van Simone Milsdochter, die dit najaar Sint-Niklaas aandoet. (Ik had geluk, ik heb die al gezien, in de tijd-van-toen, toen theater nog gewoon in zalen stond en we met honderd zwetende lijven mondmaskerloos op elkaar gepakt zaten in een bloedheet zaaltje op Theater aan Zee.).
Ga kijken, zou ik zeggen. En als dat —driewerf helaas— toch niet zou kunnen, laat de titel dan alvast stof tot nadenken zijn: What do you think of Western civilisation? I think it might be a good idea.