Leestip 18-jarigen: Winterson’s Powerbook #DEM

Deus Ex Machina, juli 2019 – DEM vroeg een aantal auteurs naar een boek dat alle 18-jarigen zouden moeten gelezen hebben. Ik ging, na langs wikken en wegen, voor The Powerbook van Jeanette Winterson. En wel hierom:

Ooit, lang geleden, had ik een affaire met een vrouw die niet vrij was. Je zou voor het gemak kunnen zeggen dat ze getrouwd was, of in elk geval niet van plan bij haar man weg te gaan. Om niet betrapt te worden (hij was vreselijk jaloers en had een erg kort lontje) sms’ten we elkaar berichten in code: de pagina- en regelnummers van dit boek. Dat lukte, want er staat alles in wat over liefde, pijn en wanhoop gezegd moet worden. En nog in mooie zinnen ook. Later, toen ik een positie was opgeschoven in de eeuwige driehoek van de liefde, en zelf aan iemand uit moest leggen waarom ik niet vrij was en niet weg wilde gaan, las ik haar dit boek voor. Volledig. Zin per zin. En opnieuw vond ik er alle woorden in die ik nodig had. Wat bewijst wat eigenlijk voor elk boek geldt: dat een schrijver maar de helft van het verhaal schrijft, en iedereen in een boek altijd het antwoord leest op de vraag waar hij zelf mee worstelt.

Winterson zou wellicht verheugd zijn over dit oneigenlijk gebruik van haar boek, en de manier waarop het zich met de werkelijkheid heeft vermengd: niets mooiers dan een verhaal dat deel wordt van een nieuw verhaal. Mooie spiegel bovendien, want The Powerbook zelf is ook opgebouwd uit hervertellingen (cover-versions noemt de schrijfster ze zelf, alsof het hitsingles betreft) van andere, oudere liefdesverhalen, die als troostende echo’s tussen het nieuwe verhaal door meanderen. Onmogelijke liefdes: zo oud als de mens zelf.   

Het is niet Winterson’s beste boek —dat zal wellicht altijd The Passion blijven—, maar het beste boek van een auteur is niet altijd de beste toegang tot zijn of haar oeuvre. Dat is dit bedrieglijk eenvoudige liefdesverhaal wel: het nodigt de lezer op onweerstaanbare wijze ten dans uit. Freedom for just one night. Met dat korte, speelse zinnetje lokt de schrijver je het verhaal in, maar voor je het weet, tuimel je, net als de vrouw in het verhaal, een onverwacht universum in en blijkt het literaire konijnenhol veel dieper te zijn dan je had verwacht. Want naast een hulde aan de mooiste liefdesverhalen uit de literatuur is The Powerbook ook een liefdesverklaring aan de literatuur zelf. Een vormexperiment, waar Winterson zich met dezelfde overgave op stort, zonder enige reserve. Alles of niets. Wat de uitkomst ook wordt. In de letteren en in de liefde.

Wie niet waagt, wint nooit, en wie wil winnen, moet alles op het spel durven te zetten: het is een terugkerend thema in haar boeken. What you risk reveals what you value. Wie die draad volgt, leest zich in geen tijd door haar eerste zeven boeken heen. Maar in The Powerbook zit ook al de kruimel die naar de volgende cyclus leidt: I can change the story. I am the story. Want het zijn maar verhalen. Het is maar fictie. Maar is er iets belangrijkers in het leven dan dat? Zijn verhalen niet wat ons drijft? Wat ons tot mens maakt?  

 

Om al die redenen: lees het boek. En als die redenen niet volstaan, dan zijn er ook nog deze: – het een boek van een vrouw (en we hebben dringend meer vrouwen nodig in de canon)

– het is in alle betekenissen van het woord a queer story (en dat kunnen we ook gebruiken)
– er zit een fantastische vrijscène in
– tulpen zullen nadien nooit meer hetzelfde zijn
– en zelfs als je er niets anders uit leert, hou je er minstens één goede pick-up line aan over.