Trump: hun vergissing of onze verantwoordelijkheid? #trump #actdontreact
Wat mij verbaast, is de verbazing. En ons onwaarschijnlijke talent blind te blijven voor wat we niet willen zien. Tot het te laat is. Om vervolgens te zeggen dat we het niet zagen aankomen, en dat het zelfs dan onvermijdelijk zou zijn geweest. Want dat het onze verantwoordelijkheid niet is. Of beyond our control.
Nochtans was het al lang duidelijk dat #Trump zou winnen. “Een zwarte president, tot daar aan toe. Een vrouw? Dat nooit.” schreven de kranten toen Obama won. Liever een neger dan een vrouw. Meer nog: liever een racistische, fascistoïde, onbekwame, frauderende, belastingontduikende aanrander en pathologisch leugenaar dan een vrouw. Ik ben niet verbaasd. Het glazen plafond en het dagelijkse seksisme is alomtegenwoordig in onze media, onze bedrijfsstructuren, ons wereldbeeld.
Maar er is meer. Trump is ook een product van de onwaarschijnlijke opmars van de persoonlijkheidscultus. De media smullen van zulke figuren. Daar maak je goeie tv mee. Dus duwen we ze omhoog. De oneliner boeit meer dan de longread: slagzinnen zonder inhoud halen makkelijker het nieuws dan genuanceerde analyses. Dat verziekt het politieke debat, dat steeds platter en grover wordt. Schelden mag. Haten ook. Die democratie hollen we zelf wel uit: ook onze ministers stellen zich boven de wet.
Ook op kleine schaal kiezen we altijd steeds meer BV’s en grote namen en niet voor competentie. Voor bekendheid boven kennis. “Een wereld die Dylan een Nobelprijs voor literatuur geeft, is een wereld die Trump tot president verkiest.” Twee weken geleden was dat nog een goeie grap, maar Trump kon alleen president worden in een wereld waarin intellectueel een scheldwoord is, kennis iets om je voor te schamen, onderwijs een leeg woord, en cultuur een synoniem voor gesubsidieerd profitariaat. Het is het einde van de oude beschaving en het begin van een nieuwe wereldorde, die zich al lang aankondigt en die we niet tegenhouden. Een nieuw 9/11.
Want toen rechts overal de verkiezingen won, zeiden we dat het wel zou overwaaien. Toen het leger in het straatbeeld verscheen, lieten we dat toe. Toen Europa haar grenzen sloot, vluchtelingen verdronken en meisjes verkracht werden in Calais, keken we weg. De armen, ook “onze” blanke armen, laten we creperen. De cultuursubsidies dalen, onderwijs en sociale zekerheid worden uitgehold. En wat doen wij? Wij zwijgen.
Hij is een uiting van dezelfde angst, hetzelfde conservatisme en hetzelfde gevoel van machteloosheid en frustratie die ook hier heersen. En van een geopolitieke situatie waar ook wij verantwoordelijk voor zijn. Het is waar dat de politiek het volk niet ernstig neemt, en daar de kiem van het populisme ligt. Maar het volk neemt de politiek evenmin ernstig. We redden onze democratie niet omdat we er niet langer in geloven. We verbergen ons liever achter de veilige illusie dat we machteloos zijn. Zodat we niets moeten doen.
Terwijl de vraag zou moeten zijn: wat gaan we eraan doen?